Flierefluiter op de dijk

Af en toe zet ik het resultaat van een oefening - na feedback* - van de academie hier neer.
Niets is echt helemaal waar, noch helemaal onwaar...
*wegens ziekte docent, geen les gehad, dus mag u de feedback doen 😉

De opdracht was – enkele weken geleden – een tekst te schrijven met volgende situatie: een bankje op de dijk, waar iemand zit en er komt iemand anders bijzitten. Wat gebeurt er dan? Twee maal: alwetend perspectief en ik-perspectief. Elk in maximum 300 woorden. Het ik-perspectief houd ik u nog te goed. Het alwetend was te gretig, aldus hier haar verhaal:

De man, op de dijkrand balancerend, slaat doelbewust de bankjes gade. Nonchalant wandelt hij naar het bankje waar een jonge vrouw zit te genieten van haar laatste uurtje zeegroen uitzicht, haar rugzak onder de bank gedeponeerd, voor ze terug naar huis treint.

Gespeeld verbaasd blijft hij voor haar staan en roept uit: “My God, is that you?” Hij ploft naast haar neer en ratelt verder, zichzelf Brit wanend. Ze herkent dat zangerig accent van haar eigen roots en dat verraadt hem. Hij zit dichtbij waardoor zij hem haar rug toont en zo blijft zitten. Hij stapt niet op. Integendeel, hij schuift dichterbij, flirtend, denkend dat het aanslaat. Van lieverlee zet de vrouw zich weer recht maar schuift twee-handen-breed verder weg.

Ze besluit, tegen beter weten in, hem een kans te geven. Ze vraagt hem in het Nederlands over wie hij het heeft. Van verbazing – in zijn arrogantie beseft hij niet dat er intelligente vrouwen bestaan – begint hij in het Nederlands, overschakelend op Engels, hopend dat hij de situatie kan redden. Zwetend zoekt hij naar woorden terwijl hij denkt dat dat mannelijk, ergo aantrekkelijk is, zeker tezamen met die schuurpapieren wangen. Ze gebiedt hem in het Vlaams verder te gaan. Het venijn in haar stem valt hem natuurlijk niet op.

In een volgend cliché uit zijn arsenaal over hoe ze eruit ziet, een reistypetje, hoopt hij alsnog haar voor zich te winnen. Ware het niet dat een voorbij huppelend kind hem doorheeft en zijn papa luidkeels op de ruzie wijst. In een laatste poging zijn gezicht te redden, pseudo-grapt hij; “Maken we het goed bij een koffietje?”
De volgende seconde kijkt hij haar na, haar rugzak bengelend over haar ene schouder waarbij haar laatste woorden, rood aanlopend uitgeschreeuwd, nazinderen. “Er is geen wij!”

Ze verdwijnt tussen de massa, richting station.

AMK – 30 november 2022

Auteur: Anemos

Ik wil niet één reis naar Ithaka; ik wil er meer zolang het me gegund is Elke weg is zo boeiend ... (gedachtegang bij het her- en her- en herlezen van Ithaka - K.P. Kavafis)

Eén gedachte over “Flierefluiter op de dijk”

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: