Het weekend in chronologische wanorde – 2

Het onderweg zijn

Tussen hier en daar en later omgekeerd was ik onderweg

Eerst, hoe kan het anders, de heenreis, van trein tot trein tot
Brugge station tot Ensor, en wat een ontvangst daar zeg! 

De voorstelling waarvoor ik naar Brugge treinde, voor die ene keer
een mens permitteert zich soms eerste klas en dat in dubbeldek

Die elfde van de elfde, niet van hot naar her of kriskras, veel eerder
doelgericht en stapvaardig, hongerig, met goesting zonder omweg

Vooraf de reden van mijn reizen, kuieren in verlichte straatjes
en achteraf de na wandeling met een verse herinnering 

Die nog nazinderde aan het ontbijt, mijn statische onderweg
zo warm en uitgebreid, ik ben Rupsje nooit-genoeg zonder overleg

De dag na de elfde, in Brugge de twee derde zussendag
straatjes verlicht door de zon al toen, de koffie en het buiten zijn

De babbels en de winkels, de pretjes en de lunch en dan toch weer
mist treinend onderweg naar terug, tussen al dat volk in dubbeldek

De zeurmadam, hoe durven ze toch, zo bomvol ook in eerste zitten
gelukkig niet ontspoord, wel vertraagd, ze staakte het gesprek

De overstap was rustiger, eerder bomleeg, zelfs in tweede klasse
tot onderweg, de treinbegeleider, correct doende om zijn bestaan

Van die jongeman, hij sliep zo diep, niet onderweg naar Isfahan
de trein bleef stil in Sint-Niklaas, er kwam politie aan te pas

Weer een overstap naar een veel stoppende trein
zouden er in elk station nog veel overstappers zijn?

Die man, een beetje groezelig, verdwaasd of was hij verdwaald?
zag hij iets wat wij niet zien? Werd hij bang? Had hij niet betaald?

Ik zag hem later zwalpend lopen en ook blijven staan
waar ik uitstapte, over enkele vuilbakken, kijken, heel alleen

En ik wist niet wat gedaan … tot hij weg was, waarheen?

AMK – 14 november 2022

ps. de jongeman was een zwartrijder, had niet betaald dus. De treinbegeleider heeft net voor de politie kwam nog wat verhalen verteld. Wat drijft mensen tot kleine en minder kleine daden zoals deze? Hij was goed in zijn rol, ik was er ook mee weg, dat er iets scheelde tot ik het bericht las. Duur ticket geworden voor hem, jammer.

Het weekend in chronologische wanorde – 1

Reünie

Het was een op een zondag, na een periode die oneindig leek
bij het focussen op dat ene wat we allemaal wilden

Het was gisteren, die zondag, na een periode die korter kon
maar u weet ook hoe dat was de afgelopen twee jaren

Het was op 13 november, van dit jaar nog, de maanden na
de afgelopen twee jaren en de periode er net voor

Nog moeilijk voor hem en mede voor ons, dat appartement,
hoe neemt iemand afscheid zo acuut van wat je laatste thuis was?

Neemt men echt afscheid? Laten we missen voldoende toe?
maar op een keer was het dit jaar, drie september, de grote stam

Dat is deze familie, een grote stam, een stevige stam, genoeg 
plaats voor iedereen en dat vierden we toen bijna allen samen

Als onze grootouders het nog eens konden zien, hoe we daar zaten
hoe we dan afspraken hoe hij, die toen zo acuut elders moest wonen

Hoe hij toch weer warm gemaakt kon worden voor zijn stam
zijn generatie, er zijn er nog vier, en hij werd er warm voor

Wat een plezier, wat een vreugde bij iedereen en al zei hij het niet
hij keek er vast en zeker ook naar uit, de dag, die gisteren was

De reünie met zijn broer en zus, die hele weg naar hier afgelegd
enkele nichten/neven en de gedachte aan haar die er niet kon zijn

En toen was het paparazzi tijd en heel veel gebabbel, raken we daar ooit nog uit? 😉

AMK – 14 november 2022

Zou het de volle maan zijn?

Er zijn teksten te schrijven, ideeën te vereeuwigen maar voor ze zich vormen, roesten ze al

Wanneer ik Eureka voel borrelen, vreugdevol huppel en dan struikel, bijna val op de grond

Terwijl ik me herpak, mijn hoofd wrijf voor weer een volgend idee, om het warm te houden en

vooral binnen en aanwezig, tot ik eindelijk een wit blad heb, zomaar een leeg scherm opgestart,

maar het idee geen woorden vindt, waardoor ik ga patiencen en andere laptopbezigheden

Toch eindelijk die mailbox opruimen, mails beantwoorden of snoozen voor later,

Mailblokkades oplossen, nog wel mijn uitgaande mail, die geen vlieg kwaad doet,

maar niet door mag, alsof het een spel is, zo eentje met een paswoord om mee te mogen doen

Ik heb geen zin in een spelletje noch veel trammelant maken van wat niet lukt,

Maar oplossingen vinden, zijn trammelant-gebonden.

Er komt geen letter in de juiste volgorde op papier, noch scherm en toch, en toch

Schrijf ik nog elke dag, ’t is niet dat niemand het zien mag en toch en toch

Ik zou het kunnen hebben over mijn twee Kunstacademie cursussen, echte academies

Schrijven natuurlijk, en daarover later echt nog wat meer, een oefening of zo,

Zoals ik nu bezig ben, met dingen die ik niet echt graag doe (maar moet), denk ik ineens aan wat een – alleen maar goedbedoelende – kinesist eens zei in de rug-school (die ik al lang niet meer frequenteer), wat ge niet graag doet, moet ge juist veel oefenen, want dan helpt het.

En het heeft geholpen; mijn humeur nog lager dan de temperatuur op Antarctica of de Noordpool in de winter, al zal dat binnen heel kort ook geen verwondering meer wekken

Bij de tweede kunst-academische bezigheid kan ik tokkelen, soms vanbuiten een akkoordje of

al een melodietje tevoorschijn toveren, al is mijn toverkunst niet zo heldhaftig als mijn oefen-wil

Zal ik dan maar de gordijnen dicht doen? Het is toch al donker en misschien hoort mij dan niemand meer

als ik tokkel en probeer heldhaftig mezelf te verbeteren en het is – echt waar – heel meditatief. Het klinkt zo:

UKEEEELÉÉÉÉÉÉLEEEE … ziet u wel? Best dat de gordijnen dicht zijn 😉

AMK – 08/11/2022

Mijmeringen

De jeugd
Lucia loopt vóór mij
maar ze is het niet
Ik loop achter haar
Rood haar, nog even groot als toen
Benen beetje x-vorm
en haar manier van lopen …
Waar ben je Lucia?
Rood haar.
Waar is m’n jeugd?
Lucia, πού να ‘σαι τώρα ?
Ik loop je voorbij
Bijna aan de deur 
van het station kijk ik om
Zij is het niet.
En ineens lijkt haar haar minder rood
Ze is weg, Lucia
M’n jeugd is weg
Dag Lucia, dag jeugd
We hebben toch mooie tijden gekend toen.

Koffie in het stationscafé.
Wat ik allemaal zie hier
Kleurrijk meisje
Japanse jongen
ze lachen naar elkaar
ze stappen op

Bleke mevrouw, blond
helemaal in het zwart
rookt, drinkt koffie, noteert in haar agenda
Kale man, tegenover haar,
oorbel, lichtblauwe pul, jeans.
Ze praten.

Vijf mannen aan één tafel,
naast mij.
Ze roken,
veel,
vreemde taal,
mooi.
Die mannen hebben donker haar.

Rare man, wat verder af,
Groen hemd en rode pull
hij eet, drinkt koffie,
maakt gebaren naar iemand,
die er niet is

Zwarte man,
kijkt naar mij, 
door het raam,
loopt voorbij,
Jamaicaan ?
leuke pull, sportief
Mooi, zijn haar
Dunne halflange dreadlocks
in een staartje
kleurrijke haarband in het pikzwarte haar.
 
Treinmijmeringen
Lezen, kijken en niet in slaap vallen
Reizen en denken
aan die kleine dingen die gebeurd zijn
die ik vandaag gezien heb

Dat kindje,
dat zo lachte
vooral als mama haar ondersteboven vasthield
iedereen eromheen lachte mee,
gewoon automatisch
krul aan een kant
krul aan de andere kant
van elke mond
een glimlach
een volle lach
een glimp van een lach
iedereen lacht

Die mevrouw in de rolstoel
wacht, met haar boodschappen
vers gekocht op de markt

De bieb,
m’n boeken, 
eindelijk ingeleverd
twee weken te laat
boete
is voor de volgende keer

en de wandeling
naar het station
waar ik heel even
Lucia tegen kwam
Het station
in het café
ze hebben me gezien daar
En op het perron
de zon schijnt
op de sporen
de kabels in de lucht
komen samen 
net voor de horizon
en die trein die ginder ver rijdt
ziet troebel
alsof het veel te warm is
zo’n bibber in het beeld
weet je wel
Gelukkig is het niet druk
kan ik nog even verder mijmeren

AMK 20004 
een onderwegfoto

Eenvoudige poëzietechnieken 6

Schrijfgelegenheden komen en gaan. Aan sommige neem ik deel, anderen glijden voorbij. Ik vraag me niet af of dat dan gemiste kansen zijn. “Ik doe wat ik doe en vraag niet waarom…” … (een lijn uit het lied gezongen door Astrid Nijgh, vraag me niet waarom ik nu net daar aan moest denken)

Deze gelegenheid is een ventilerende schrijftechniek voor poëzie. Ze komt van Canxatard haar blog ‘Het geluk van de schrijver’.

Wat is er fijner dan je een keer helemaal laten gaan? Ongebreideld met je zwarte magie een maagdelijk wit blad bekladden! Dat zit in deze uitdaging, die ik heel graag aanging.

Mijn bijdrage:

De pletwals

Wat durf je daar te lachen op mijn scherm met je onzichtbare veiligheidsagenten?

Het maakt niet uit
je zal wel zien!
hoeveel plezier ik er in schep

Ik voorzie dat je je vergaloppeert
in je hoogheidswaanzin en arrogantie
in je platwalserij en gemanipuleer
in je zelfvoldaanheid

Plat op je vuile bek

De pletwals is besteld!

Ik zit bovenop dat gevaarte!
Ik bén het gevaarte!
Ik grijns. Gemeen!

jij onderaan die
grote betonnen rollen die jou
vierendelen, verbrokkelen, vermorzelen en

de overblijvende niets betekenende korrels
tot de laatste kruim weggeblazen in een zak
dubbel dichtgeknoopt en luchtledig gepompt

in een kermiskraam als schietobject gebruikt
de winnaar mag met een vijzel elke kruimel
die jij ongetwijfeld probeert te worden
platstampen tot vervlogen poeder

jij wordt nooit meer heel als je dat al ooit was
er blijft niets meer over van je gemene plannetjes

alles plat bombarderen
burgers in de kou zetten en op de vlucht jagen
burgers brainwashen en van zichzelf afpakken

Maar eerst, voor je poeder wordt
word jij vuile platte hamburger!

(Trump, consoorten en alle metaforen lezen jullie mee?)

AMK

U kan de opdracht zelf HIER lezen en meedoen.

Foto: uit Wikipedia  waar Rasbak de foto plaatste.

Spiegeltje, spiegeltje, wat toon je niet?

Soms blader ik eens door mijn schrijfsels en bekijk ik wat er van gekomen is. Dit gedicht was geschreven in de laatste les van een serie van vier workshops ‘Van gedachten naar gedichten’ bij Wisper. We kregen toen les in een ontbijtzaal van een B&B annex restaurant. Eerst mochten we foto’s maken en daarna iets over onze ervaring schrijven a.d.h.v. die foto’s.

Wat kan je in een spiegel zien
Meer dan wat er al is
De verwachting nog ongewis
Zonder ontbijt in die kamer
Dichter bij de nog-een-afzakkertje uren

Rond de tafel, al schrijvend wispelturen
Lege kapstok om aan te hangen              
Dat onverwachte, wat rijmt of niet
Ritmeert of vloekt, lang in ’t kort

Van wanhoop tot verlangen
Zouden ze meekijken, daarboven zo aan het hangen?

Eindeloze taal, in zesentwintig letters
Ja, er is veel meer dan dat wat je in een spiegel ziet

AMK
(ps. ik heb het een beetje bijgewerkt)

Niet gewonnen wedstrijd

Soms struin ik doorheen mijn schrijfsels en zie ik creaties voor wedstrijden waar ik al dan niet aan deelnam. Soms weet ik het niet eens meer of ik dat deed. Tot ik een mail krijg waarbij het resultaat bekend wordt gemaakt. Bij deze van ‘This is how we read’, won ik niet. Het ging om een column. Ijdeltuit die ik soms ben, maak ik er hier plaats voor. 

Relax en geniet ... 

Plaatselijke bevolking

Anthony Quinn draait zich om in zijn graf, bedenk ik, in de schaduw van de olijfboom bij de koffiezaak van Yiannis en Stavroula, vlak bij het verzamelpunt voor excursies. Ik geniet er van mijn frappè.

Anthony was de eerste om op dit wijsje te dansen. De Sirtaki! In het leven geroepen voor Zorba, inmiddels levend gehouden om toeristen uit de all-in-hotels met zwembad te plezieren; inclusief een authentieke Griekse avond. Zouden ze ook Pentozali dansen?

“Tof dat het was.”

“Echt hè. Zo tussen de plaatselijke bevolking!”

“Lekkere ouzo ook!“

Wedden dat die bruingebakken spierbundel een kater heeft, achter zijn Carrera zonnebril. ’t Is te hopen dat hun ontbijt niet à la plaatselijke bevolking was. Ze zullen hun energie nodig hebben voor hun volgend avontuur. Een excursie naar de lange kloof, helemaal te voet.

“Hoe heette dat ook alweer waar we vandaag heengaan?”

“De Samariakloof.”

“Wat zegt ge?” Maar ze hoort het niet meer. Ze zoekt kleingeld om een flesje water te kopen. Alsof aan de kloof niets meer is. ‘Neen, in een periptero* kan je niet contactloos betalen.’ Echte all-in toeristen. Dat de plaatselijke bevolking maar uitkijkt. Platte sandalen dragen? Echt!?

De rust keert weer als de autocar weg is. Niet voor lang, een groepje Engelse toeristen kuiert hier nu rond. Melkwitte of roodverbrande huid, glimmend van de zonnebrandlotion en het zweet. Handdoek over hun hoofd, zakdoek – of is het een klein laken – in de nek. Een te kleine doorhangende rugzak aan hun schouders. Digitale Maps bij de hand. Zoekend.
De dapperen, die zelf op ontdekkingstocht gaan. Ze passeren de koffiezaak waar ik zit. Kijken even op. M’n God ,het is nog vroeg en ze zien er nu al warm uit! Medelijden veinzend houd ik mijn glas omhoog en knik hen bemoedigend toe. Het helpt. De grootste spreekt me aan “Is that any good, what you’re drinking, Miss?” Zie je wel, Britten!

“Yes sir, try it! Very refreshing!” Ze zijn overtuigd! Ze blijven zelfs lang zitten.  Dat vertelt Stavroula van de koffiezaak me later op het dorpsfeest in de bergen. Jarenlange trouw doet zelfs de meest wantrouwige Kretenzer wat. Dit is eeuwige vriendschap en niet mijn enige. Ik ben hier ook bergfeestelijk welkom.

Wanneer ik haar ’s avonds laat thuisbreng, herken ik de autocar van vanochtend. Wat zijn ze stil, die avonturiers, op “auw” en “krampen” gejammer na. Ik durf er wat frappè en raki op verwedden dat ze niet getraind waren voor die kilometerslange wandeling, aanvankelijk bergaf over loszittende stenen. Ik denk aan die sandalen!

’t Is te hopen dat andere übermenschen in het hotel ernaast hen niet uit hun slaap houden. Die hebben déze avond hun authentieke Griekse avond. Hoppa!

Laat ik maar naar mijn andere thuis gaan, een studio tegen een spotprijsje. Ver weg van het massatoerisme, zonder wifi. Misschien doet de elektriciteit het zelfs niet. Of zijn er nog maar drie druppels water over vandaag. Wie maalt daarom? Als je voor die enkele weken zelf plaatselijke bevolking bent.

*kiosk

AMK

Ik wil er nog aan toevoegen dat er acht winnaars zijn in deze wedstrijd en dat er elke woensdag eentje in de kijker wordt gezet. Het mag gezegd, de eerste is alvast zeer geslaagd. Zie hier.  

met dank aan de jongste M, onze Benjamina, toen nog heel erg jong
Foto: uit mijn archief, een van mijn mooiste reizen  voordat ik mijn echte andere thuis vond. (dat ben ik echt 😊). Het is een oude filmrolletjesfoto. De belichting (enzovoort) is wat uit proportie. Rechts van mij staat M nummer 1. 
De jongeman van weleer hield van 'clubbing'. Al heeft hij eerst met ons een dansje gedaan. 

De lapjeskat

Dit schreef ik voor Melanoompunt editie 7 

De lapjeskat zat met een gat
er was weer een lap gejat

Sprong niet meer rond op stoel of grond
ze maakte ‘t niet meer bont

Duurde een week, ze was van streek
die lap was kwijt en ze bezweek

Ze bleef wat stom, ze wist waarom
de lapjes bogen te krom

Vergaan van plaats waar de hiaat
onoverlapbaar schaadt

Maar na die week, niet meer van streek
wat op een lapje leek

Kwam weer terug, daar op haar rug
haar energie, niet vlug

Ze wist het wel, opnieuw duel
tussen haar wil en kwel

Een beetje rust niet uitgeblust
niet meer in slaap gesust

Weer energie ze leeft voor drie
een dag of half met pretentie

Nog dingen die haar vingen
en haar tot lui zijn dwingen

Zo gaat het haar, ’t is niet meer raar
ze is nu lapjeskunstenaar 

AMK

ergens ooit in Kreta

Eenvoudige poëzietechnieken 5

Poëzie over een avontuur.

Schrijfgelegenheden komen en gaan. Aan sommige neem ik deel, anderen glijden voorbij. Ik vraag me niet af of dat dan gemiste kansen zijn. “Ik doe wat ik doe en vraag niet waarom…” … (een lijn uit het lied gezongen door Astrid Nijgh, vraag me niet waarom ik nu net daar aan moest denken)

Deze gelegenheid is een van de leerzame, zoals een schrijftechniek voor poëzie. Ze komt van Canxatard haar blog ‘Het geluk van de schrijver’.

Mijn bijdrage:

De kuddedierentrein

Twee dagen treinen
dat hadden we ervoor over
al was het geen opgave voor ons
de vijf keer per weekse pendelaars

het maakte niet uit, we waren jong
de wereld aan onze voeten, die wereld
gleed snel voorbij en we stapten uit en in
telkens in een andere trein op een ander perron

de gewoonte der dingen
zette zich voort in deze trein
naar Thessaloniki, onze laatste
overstap naar Athene ons avontuur

toen de trein rammelend tot stilstand kwam
stapten we weer uit, zoals iedereen, met rugzak
de grond van de wereld aan en onder onze voeten
bleek geen perron te zijn en we keken toen pas rond

onze trein was ontspoord.

AMK

 U kan de opdrachten zelf HIER lezen en meedoen. 😊

net voor Thessaloniki

Baxterbuur (lange) monoloog

Soms wordt een mens even gekatapulteerd en schrijft de blote waarheid, denkt ge en ge weet dat het rauw klinkt, maar ook dat het dan duidelijk is. Ik had getwijfeld of ik dat zou bloggen en dan doe ik het wel, louter om het gevoel van machteloosheid weer te geven.

En ge denkt dan ‘dat ken ik’ en ge wilt goede raad geven en perspectief
want ge weet dat dit overgaat en ge houdt u toch in want ge weet ook
hoe zwaar dat op uzelf woog toen gij nog in het begin was, met al die onwetendheid

Ge weet nog hoe boos ge waart en hoe niemand u begreep want
ge werd overdonderd met goede bedoelingen dat ge maar moest aanvaarden
en ge waart zo ongerust en ge kon dat niet kwijt
ge wist dat iedereen iets te zeggen had maar dat ging niet 
over u en ge werd nog kwader en ge waart ook veel te moe
En ge denkt dan ‘dat ken ik nog’ als de baxterbuur ventileert

De ervarings-ondeskundigen gaven te veel informatie die ge niet nodig had
ze susten u en met goede bedoelingen maar ge waart zo kwaad
soms zei ge al Nee! voordat de stem geluidde die te hoog klonk van ongemak

Ge zwijgt maar en ge luistert zelf naar de boze stem van van de baxterbuur
ge kunt niet weglopen, ge hangt aan die katheder en zij ook  

Ge probeert een onzichtbare muur op te bouwen maar die baxterbuur blijft doorpraten dat niemand haar begrijpt, dat de dokters maar wat zeggen en dat ze niet willen luisteren en zelf doorpraten over hun ervaring en dat
ze weten wat ze doen en

ge denkt dat ken ik en ge weet het nu al wel

Maar ge kunt dat niet zeggen, nog niet en haar klachten blijven uit haar mond rollen en dat ze daarom nu zo ziek is en ze kan wel doodgaan en
waarom toch? Ik heb het hen toch al zo vaak gezegd!’

Bam! Mijne muur valt in diggelen en ik doe mijn ogen stijf toe en ik denk,
niet weer, niet weer, niet weer!’

En ge doet uw ogen weer open en ge denkt dan, heel verwonderd en bijna blij, wat een geluk, niet weer!

Ge weet dat ook bij de baxterbuur het zal afvlakken, niemand is eeuwig boos
en zelfs gijzelf had dat op een keer laten varen en stapte uit de verdediging
ge verantwoordde u niet meer, voelde aan wat goed voor u was en soms

liet ge het zelfs toe want er was niets anders meer, toelaten dat goede voor u
ge wilt er wel van spreken want ge denkt aan Kavafis die over zijn liefde niet eens kon spreken en gij wilt over uw bestaan spreken en meedelen maar er is een ding dat ge nooit meer wilt,

u verantwoorden voor de verhalen in anderen hun kop

En ge ziet dat duidelijk, aan uwe baxterbuur, ge ziet hare man tegen haar in praten en een beetje meewarig lachen ge weet wel, ervarings-ondeskundige
hij ziet in haar woede haar onmacht niet maar hij is zeker zelf bang

Ge ziet dat hij haar het zwijgen wil opleggen dan breekt ge bijna toch want ge denkt wat ge net niet zegt als hij haar zegt dat het allemaal zo erg niet is en zij reageert waardoor hare bloeddruk nog groeit want ook daarover heeft ze verteld

ge denkt dan dat ken ik en ook wat ge net niet zegt tegen die man: 'Houd toch uwe mond toe!’

juweeltje van papier

wat je soms hoort en ziet en wat heel menselijk is, onmacht over het oncontroleerbare. En dan denk ik ‘wat ben ik blij dat ik enkeling ben!’ 😉